Dit is een vlinder die overal in ons land voorkomt. Tot de jaren tachtig werd deze vlinder niet veel gezien in het noorden en westen van ons land, maar daarna is hij steeds meer gaan rondvliegen.

Deze vlinder vliegt van maart tot oktober, in twee generaties. Ze houden van nectar drinken van verschillende bloemen en soms drinken ze zelfs van plassen water of mest. In de herfst kun je ze vaak vinden op rottend fruit.

De rupsen van de gehakkelde aurelia leven van mei tot oktober. Ze zitten meestal op de bovenkant van bladeren, waar ze eruit zien als kleine vogelpoepjes. Als ze groot genoeg zijn, verpoppen ze in de planten. De vlinder overwintert vlakbij de grond, bijvoorbeeld onder bladeren of tussen takken.

Het vrouwtje legt haar eitjes het liefst op planten die in de schaduw groeien, in struiken of bossen. Ze legt de eitjes apart of soms met twee tegelijk op de rand van een blad.

De rupsen verpoppen meestal laag bij de grond, in de buurt van de plant waar ze op hebben gezeten.

De vlinders overwinteren vlakbij de grond, bijvoorbeeld onder bladeren of tussen takken. Ze drinken nectar van bloemen zoals sleedoorn en wilgen. Mannetjes verdedigen een klein stukje grond, waar ze andere vlinders wegjagen door achter ze aan te vliegen.

Kijk ook op: De Vlinderstichting | Vlinder: gehakkelde aurelia / Polygonia c-album