Boomblauwtje

Familie:
Aurelia’s (NYMPHALIDAE)
Zeldzaamheid:
Een zeer algemene trekvlinder die verspreid over het hele land wordt gezien.
Beschrijving
Deze vlinder komt overal in Nederland voor.
Het boomblauwtje vlinder vliegt van eind maart tot begin juni en van half juni tot begin oktober. Hij heeft twee of drie generaties die elkaar overlappen. Ze drinken meestal honingdauw, sap van bloedende bomen en nectar van bloemen.
De rupsen van deze vlinder leven van half mei tot eind juni en van begin augustus tot eind september. Kleine rupsen eten van bloemknoppen of vruchten, terwijl grotere rupsen soms ook van bladeren eten. Ze verpoppen zich in de strooisellaag of in spleten van schors en overwinteren als pop.
De vrouwtjes leggen de eitjes bij bloemknoppen of jonge vruchten. In het voorjaar leggen ze vooral eitjes op sporkehout en hulst, terwijl ze in de zomer eitjes leggen op klimop, vlinderstruik, struikhei en grote kattenstaart.
De jonge rupsen eten van bloemknoppen of vruchten en worden vaak bezocht door mieren, die een zoete stof van hen likken en hen beschermen. Voordat ze zich verpoppen, verlaten ze de plant en kruipen soms een paar dagen over de grond.
De eerste vlinders verschijnen al in april. Ze drinken honingdauw, sap van bloedende bomen en nectar van bloemen, en soms zie je ze ook drinken bij uitwerpselen of plassen. Ze zijn vaak hoog in struik- of boomtoppen te vinden.
Kijk ook op: De Vlinderstichting | Vlinder: boomblauwtje / Celastrina argiolus



